Uitlevering en overlevering
Indien iemand zich in Nederland bevindt die in een ander land verdacht wordt van een strafbaar feit of daar een straf heeft openstaan kan de andere Staat om de uitlevering of overlevering van die persoon vragen. Dit kan ook gaan om personen met de Nederlandse nationaliteit en in sommige gevallen zal de opgeëiste persoon in afwachting van zijn mogelijke uit- of overlevering in voorlopige hechtenis worden genomen. Nederlandse onderdanen worden niet overgeleverd voor het uitzitten van een straf.
Europees Arrestatiebevel
Als een EU-land op zoek is naar een persoon vaardigt dat land een Europees arrestatiebevel uit.
Op grond van dit arrestatiebevel kan de opgeëiste persoon in Nederland worden aangehouden door iedere Nederlandse opsporingsambtenaar.
De aanhouding en voorgeleiding
Vanaf de aanhouding heeft de opgeëiste persoon recht op bijstand van een advocaat. Na de aanhouding wordt de opgeëiste persoon gehoord en vervolgens vaak in verzekering gesteld voor ten hoogste drie dagen. Binnen de termijn van drie dagen verschijnt de opgeëiste persoon bij de officier van justitie of de rechter-commissaris. De advocaat zal daarbij aanwezig zijn en namens de verdachte het woord voeren.
Bij de officier justitie of de rechter-commissaris komen twee belangrijke zaken aan bod. De verdachte zal aangeven of hij voor de korte of de lange procedure kiest. Tevens zal de officier van justitie of rechter-commissaris bepalen of de verdachte langer blijft vast zitten.
Lange of korte procedure
Als een opgeëiste persoon kiest voor de korte procedure zal er alleen een korte formele zitting plaatsvinden. De opgeëiste persoon wordt dan binnen twintig dagen overgeleverd. Bij de lange procedure zal de zaak door de rechtbank worden beoordeeld. De overleveringsprocedure vindt altijd plaats bij de Rechtbank Amsterdam. De rechtbank zal bekijken of aan de formaliteiten is voldaan en ook zal het oog hebben voor de detentieomstandigheden in het land dat het EAB uitvaardigde.
Schorsing
Naast de keuze er tussen de lange en de korte procedure zal de officier van justitie ook beslissen of de opgeëiste persoon langer vast blijft zitten. Als de officier van justitie meent dat het vluchtgevaar beperkt is, kan hij de voorlopige hechtenis van de opgeëiste persoon schorsen. Daarbij zal de officier van justitie kijken naar de persoonlijke omstandigheden van de opgeëiste persoon. De volgende factoren zijn van belang: woonsituatie, werk en de gezinssamenstelling. Het is van belang dat de opgeëiste persoon of zijn familie zo snel mogelijk documenten aan de advocaat overhandigen waaruit de stand van zaken op die vlakken blijkt.
Advocaten
Advocaten van ons kantoor zijn gespecialiseerd in het uit- en overleveringsrecht. Wij doen in de procedure met regelmaat een beroep op advocaten uit andere landen om een gezamenlijke verdedigingsstrategie te bepalen of om de overdracht van de cliënt te begeleiden.
Kies uw specialist: